Muzikaal erfgoed uit een ‘Stupid Village’, 1974 – Hazerswoude – door Jurre Zwinkels

Muzikaal erfgoed uit een ‘Stupid Village’

Vier Hazerswoudse pubers die het pad van de punk kruisten

Het Hazerswoude van 1974 blonk uit in middelmaat. Hoe een tot jeugdhonk verbouwde kelder, de vonk was voor één van de eerste en beste punkplaten van Nederlandse bodem: het debuut van Ivy Green. ,,Wij bestonden nog voor de Sex Pistols.”

Op een doordeweekse avond in Café Pakhuis in Leiden zitten Eduard van Bockel (1959) en Simon Francken (1958) achter twee glazen blond bier. Met net iets minder wilde haren dan toen, maar nog steeds een ontdeugende twinkeling in hun ogen, vertellen de voormalig gitarist en bassist van punkband Ivy Green over hun avonturen. Frontman Tim Mullens is niet bij het gesprek. ,,Tim heeft het contact met ons verbroken. De laatste jaren was hij wat minder stabiel, maar Ivy Green heeft zoveel aan Tim te danken.’’

Sodom en Gomorra

Er stonden drie kerken; een katholieke, een gereformeerde en een hervormde. En iedere zuil kende z’n eigen scholen, winkels en sociale dynamiek. Voor de jeugd was er catechisatie, voetbalvereniging de Hazerswoudse Boys, gymverenging Houvast en het plaatselijke tamboer- en trompettenkorps. In het Hazerswoude van 1974 verveelt Van Bockel zich als 15-jarig kereltje kapot. Vlak naast zijn ouderlijk huis staat een leeg keldertje dat hij ombouwt tot een soort jeugdhonk. Hij doopt het K74. De K staat voor keldertje, 74 voor het jaar van oprichting. Het is een plek waar je je als puber kan ontworstelen aan de zuilen. ,,Waar je stiekem voor een kwartje een biertje kon drinken en een meisje kon kussen. Waar we luisterden naar Led Zeppelin en Lou Reed. Punkmuziek? Daar had ik nog nooit van gehoord.’’

Ouwelui uit het dorp krijgen K74 al snel in de gaten en waarschuwen elkaar: ,,Zorg niet dat je dochter daar binnenloopt. Het is Sodom en Gomorra!” Van Bockel grijnst. ,,Het gebeurde regelmatig dat vaders hun dochters kwamen ophalen. En natuurlijk gebeurde er weleens wat, maar niet in de heftigheid die leefde in de beeldvorming van de Hazerswoudse ouders.’’ K74 is al snel te klein en breidt uit naar een aangrenzende garage. ,,Toen kwamen er geen tien, maar vijftig jongeren samen. Het hele dorp kwam op bezoek.’’

 Ivy Green voor Paradiso met fans. (v.r.n.l.Eduard van Bockel, Simon Francken, Tim Mullens, rechtsonder Arther van Dijke)

Groen, met een zekere opwaartse beweging

Ook dorpsgenoot Tim Mullens komt na herhaaldelijk aandringen naar het keldertje. ,,Tim was een eigenzinnige jongen uit Den Haag die opviel in het dorp. We werden al snel goede vrienden.’’ Van Bockel neemt een slok van zijn bier en vervolgt: ,,Hij speelde gitaar, piano, zong en had al een flink repertoire aan eigen nummers. Dat enthousiasmeerde ook mij om gitaar te gaan spelen. Tim leerde mij vervolgens wat hij wist.” Al snel sluit bassist Ernst-Jan Kamphuis aan die ook in het keldertje rondhangt. ,,Ernst kende via de kerk nog wel een drummer. Dat Arther Van Dijke pas twaalf was maakte niet uit. Hij kon al lekker spelen.’’

De jongens maken naar eigen idee harde rockmuziek – veelal op tweedehands instrumenten versterkt door oude radio’s. Ze vinden elkaar in het repeteren en componeren een flink aantal eigen nummers, waarvan de meesten worden geschreven door Mullens. Ivy Green, wat groene klimop betekent, is geboren, vernoemd naar een gedicht van Charles Dickens. De verklaring voor hun naam? ‘We zijn nog groen, en de kwaliteit van onze muziek vertoont een zekere opwaartse beweging.’

Op de hoogte blijven?


Ivy Green 1974-1990

Na de debuutelpee biedt WEA Ivy Green geen contract aan voor een vervolgalbum. Niet lang daarna stapt Van Bockel uit de band om zich te richten op zijn maatschappelijke carrière. Ivy Green ligt op zijn gat, maar met de komst van een nieuwe gitarist en een toetsenist vinden ze zich opnieuw uit met een geluid met meer rock- en soulinvloeden. Er worden in eigen beheer onder het No Bluff-label nog verschillende albums gemaakt. Tot de opheffing in 1990 treedt Ivy Green veel op in binnen- en buitenland. In 2011 worden alle albums van de band in Japan heruitgegeven.

Ivy Green heeft tussen 1974 en 1990 in wisselende samenstelling gespeeld:

Zang & Gitaar:
Tim Mullens (1974-1990)
Lead gitaar:
Eduard van Bockel (1974-1981) & Bart De Boer (1981-1990)
Basgitaar:
Ernst-Jan Kamphuis (1974-1977) & Simon Francken (1977-1990)
Drums:
Arther van Dijke (1974-1990)
Saxofoon, toetsinstrumenten:
Martijn Loos (1981-1990)

Het debuutalbum Ivy Green is te beluisteren op Spotify. Het origineel van de elpee is een collector’s item voor vinylliefhebbers.

Gespuig, getrap en gevloek

Ivy Green treedt op 28 augustus 1976 voor het eerst op tijdens de Hazerswoudse jaarmarkt. Er was ruimte voor drie nummers; twee eigen nummers en Satisfaction van The Rolling Stones. Het optreden is geen succes en de reacties zijn naar eigen zeggen lauw. Tot verrassing van Van Bockel worden ze niet lang daarna wel gevraagd voor een schoolfeest van de plaatselijke mavo. ,,Alle ouders ontvingen een brief en werden gewaarschuwd dat die opstandige jongens uit K74 kwamen optreden en dat de school niet verantwoordelijk was voor de gevolgen.” De ophef blijkt een storm in een glas water. De schoolkrantredactie schrijft over het optreden dat ‘de groep optrad zoals men kon verwachten; ‘zonder gespuig, getrap en gevloek’.

In het jaar dat volgt speelt Ivy Green vooral buiten Hazerswoude. Van Bockel: ,,In het dorp had je het Michelshuis. Daar kwamen eigenlijk alleen coverbands. Wel werden we gevraagd voor schoolfeesten in Leiden. We speelden later in LVC, bij Catena en ook in de Midas in Alphen aan de Rijn.”

Een jaar na het teleurstellende optreden op de Hazerwoudse jaarmarkt krijgen de jongens in augustus 1977 opnieuw de kans om de harten van hun thuispubliek te veroveren. Dat is ook de eerste keer dat Simon Francken ze ziet spelen. Voor Francken, die opgroeide in een streng gereformeerd nest, was de muziek van Ivy Green een openbaring. ,,Mijn bek viel open, wat was dat mooi. Ik speelde het klassieke Concierto de Aranjuez op mijn gitaar. Wat ik daar hoorde was wel wat anders – zo rauw en simpel.” Niet lang daarna stopt bassist Ernst-Jan Kamphuis. Van Bockel en Mullens vragen Francken zijn rol over te nemen. ,,Ik hoefde daar geen moment over na te denken, dat begrijp je ook wel”, glundert Francken.

Gehaktdag (op woensdag)

In 1976 brengt de New Yorkse band Ramones haar eerste album uit. Ook zij timmeren, net als Ivy Green, al twee jaar aan de weg. Dat is ook het moment dat muziekjournalist en programmeur Fer Abrahams (1951) onder de indruk raakt van de nieuwe muziekstroming, ,,In 1977 was ik op uitnodiging van de Talking Heads in New York en daar ontdekte ik punk. Ik zag met eigen ogen hoe extreem ruig het leven voor veel jonge muzikanten daar was.”

Abrahams ziet de rage vervolgens snel overwaaien naar Nederland. ,,Toen ik weer terugkwam naar Nederland ontving ik na de zomer van ‘77 steeds meer demo’s van Nederlandse punkbandjes.” Ook Ivy Green neemt hun eerste demo op in september van dat jaar. Wanneer Abrahams hun demotape te horen krijgt is hij snel overtuigd. ,,Ik vroeg ze om op de eerste Gehaktdag (op woensdag) te komen spelen. Dat was een nieuwe wekelijkse punkavond in de bovenzaal van Paradiso. Ivy Green wilde dolgraag. Volgens mij boden we ze 150 gulden, het was zo geregeld.’’ Ook platenmaatschappij WEA – onderdeel van Warner – ziet brood in de opkomende punk. Zij vragen Ivy Green een plaat te maken.

MUZIKAAL ERFGOED UIT EEN ‘STUPID VILLAGE’, 1974 – HAZERSWOUDE – DOOR JURRE ZWINKELS

Illustratie: Eric Coolen

De definitieve doorbraak

Een dag voordat de jongens de Blaricumse Soundpush Studio’s induiken, spelen ze op woensdag 4 januari 1978 voor het eerst in Paradiso. Francken was nog niet eerder in Amsterdam geweest en kijkt zijn ogen uit. ,,We speelden daar met de Nederlandse punkbands Vissen Punk en Speed Twins. Het viel ons op dat ze een stuk sneller speelden dan wij. Daarom hebben we tijdens dat optreden het tempo wat opgevoerd. De eerste twee bands haalden het einde van hun optreden niet en werden door het publiek uitgejoeld, terwijl wij daarna de hele tent plat speelden.’’ Ook Abrahams herinnert zich dit optreden nog levendig. ,,De energie die loskwam was geweldig. Ze gooiden hun hele hebben en houwen in de strijd. En met Tim Mullens had de band een frontman met charisma en autoriteit. Er werd met bier gegooid en het lukte hem zonder al te veel moeite om het publiek zover te krijgen om te stoppen met smijten.”

De volgende dag nemen ze met producer Richard de Bois, die ook albums van de Dolly Dots produceerde, hun titelloze debuutelpee in slechts twee dagen op. Abrahams schrijft er een recensie over in muziekkrant Oor. ,,Ik sprak van het enige, definitieve Nederlandse hardcore punkalbum. En bij nader inzien geloof ik daar nog steeds in. Het gevoel wat in die plaat zit is zo echt. Ondanks dat er slechts 2500 exemplaren van de originele persing werden verkocht, behoort die elpee van Ivy Green wat mij betreft tot muzikaal Nederlands erfgoed.”

PUNK

Punkmuziek ontstaat rond 1976 in het Verenigd Koninkrijk en de Verenigde Staten als tegenreactie op de economische crisis in de jaren 70. The Sex Pistols speelt in januari ’77 als eerste punkband in het Amsterdamse Paradiso. De punk in Nederland was in het begin helemaal niet zo politiek en vooral een protest tegen de symfonische rock op de radio. Niet lang daarna annexeert de kraakbeweging de punkmuziek en wordt punk meer vereenzelvigd
met verzet en anarchie. Kenmerkend voor punkmuziek zijn de simpele akkoordenschema’s en harde drums. Ook maatschappijkritische songteksten staan centraal.

Bekende Nederlandse punkbands uit de ontstaansperiode zijn Panic, The Ex en Tedje & de Flikkers.

Stupid Village

Punk is onlosmakelijk verbonden met autonomie, anarchie en agressie. Toch waren de vier jongemannen uit Hazerswoude naar eigen zeggen helemaal niet punk. Francken: ,,We hebben ons nooit beziggehouden met punkidealen of politiek.” Van Bockel vult aan: ,,Natuurlijk hadden we wel onze ideeën, maar de lol voor muziek stond gewoon voorop.” Ook Abrahams ziet Ivy Green niet als het stereotype punkband. ,,Ze werden in een hokje gestopt, maar voor Tim, Eduard, Simon en Arthur was dat hokje helemaal niet zo belangrijk. Ze konden gewoon meerollen met de golf die er op dat moment ontstond.”

Op het debuutalbum van Ivy Green staat het nummer Stupid Village dat volgens Van Bockel refereert aan het geboortedorp van de band. ,,Wat Tim daar zingt gaat over hoe moeilijk het is om in een dorp als Hazerswoude er als buitenstaander tussen te komen – en al helemaal als je je anders gedraagt.” Francken: ,,We verdoemden onze afkomst helemaal niet. Wel zei Tim altijd dat wanneer hij in de stad zou zijn opgegroeid hij andere dingen zou zijn gaan doen en Ivy Green nooit had bestaan.”

Ivy Green live.

De energie die loskwam was geweldig. Ze gooiden hun hele hebben en houwen in de strijd.

Ondergewaardeerd

Al met al was het succes van de band na het uitbrengen van hun eerste plaat niet zo groot. Over de reden hiervan is geen eenduidig antwoord. Abrahams denkt dat het ook gewoon pech was. ,,Ik sprak ooit de vader van de broers Van Halen en hij vergeleek het succes van zijn zoons Eddie en Alex met het winnen van de jackpot. Ik denk dat dat voor veel muzikanten geldt. Ivy Green had misschien wat minder geluk, maar aan de muziek heeft het niet gelegen.” Van Bockel zelf heeft wel een idee waarom na hun debuutplaat het succes niet losbarstte: ,,We waren wat naïef, hadden geen professionele manager en ook bij platenmaatschappij WEA wisten ze eigenlijk helemaal niet hoe ze punk in de markt moesten zetten.” Ook scheelt het een haar of Ivy Green had opgetreden tijdens Sonja’s Goednieuws Show. Er wordt op het laatste moment gekozen voor een andere band. ,,We waren misschien wel iets te bescheiden maar bekendheid is nooit ons doel geweest. Lol maken stond voorop.”

“We verdoemden onze afkomst helemaal niet. Wel zei Tim altijd dat wanneer hij in de stad zou zijn opgegroeid hij andere dingen zou zijn gaan doen en Ivy Green nooit had bestaan.”

Bijna vijfenveertig jaar na hun debuutplaat gloeit Van Bockel nog van trots als hij vertelt over zijn onvergetelijke hoogtepunt. ,,Voor ons 10-jarig jubileum in 1986 speelden tien Nederlandse bands, waaronder de Tröckener Kecks en Claw Boys Claw in Paradiso nummers uit ons repertoire. Toen merkte ik pas echt hoe groot de impact was van onze muziek.” Francken gaat rechtop zitten en zijn ogen beginnen te glimmen. ,,In datzelfde jaar stonden we in het voorprogramma van de Ramones, ook weer in Paradiso. Ze stonden tijdens ons optreden naast het podium te kijken naar onze show. Toen ze zelf begonnen riep Joey Ramone: We dedicate this song to Ivy Green.”

Over ons

History Repeating wordt gemaakt door jeugdvrienden Jurre en Mark. Ze delen een passie voor muziek, mooie verhalen én de fiets.

Jurre Zwinkels (1986) playbackte op zijn tiende Territorial Pissings van Nirvana en werkt als communicatieprofessional en freelancejournalist.

Mark Siera (1985) is mede-eigenaar van platenzaak Velvet in Leiden, organiseert het Peel Slowly And See Festival en schrijft met enige regelmaat over muziek in het Leidsch Dagblad.